Terug in Nederland

Hallo allemaal,

Inmiddels zijn we weer terug in ons koude kikkerlandje. Woensdagochtend om 6.00 uur's morgens zijn we op Schiphol geland. We hebben een prachtige reis gemaakt. We vonden het jammer dat vanwege slechte internetverbinding niet alle verhalen op het reislog gezet konden worden. De resterende verhalen en foto's zal ik er de komende dagen nog op zetten.

In ieder geval bedankt voor de vele reacties en erg leuk dat jullie de reis hebben gevolgd.

Groetjes van ons allen!

Jalan Palmerian en familiebezoek

Vanmorgen zitten we opgepoetst aan het ontbijt want we gaan op familiebezoek. Pammy is gelukkig helemaal opgeknapt maar heeft, door haar ervaring van gisteren, toch maar gekozen voor een veilig ontbijtje.

We hebben om 13.00 uur met onze familie afgesproken dus besluiten we voor die tijd een bezoek te brengen aan de straat waar onze vader ooit in Jakarta heeft gewoond. Hij heeft ons vroeger precies uitgelegd hoe de indeling van het huis was en in welke straat het gebouwd was, namelijk Jalan Palmeriam. Helaas is het huis lang geleden in rook opgegaan.

Herman weet nog precies waar het is. We zijn er tijdens onze reis in Indonesië in 2009 ook al eens geweest. Dit keer steken we het spoor, dat de wijk Palmeriam in tweeën splitst, over. We lopen door een soort poort tussen marktkraampjes en komen rechtstreeks bij de onbewaakte spoorwegovergang terecht. Gelukkig worden we door toezichthouders gewaarschuwd anders waren we blindelings het spoor overgestoken. Er kwam namelijk net een trein aan denderen.

We lopen tussen de vrolijk groetende bewoners van de wijk door het wijkje en proeven de sfeer van weleer. In gedachten zinken we terug naar de tijd dat onze pap hier als jongetje op straat speelde. Heel erg veel zal er in de tussentijd niet veranderd zijn. Het zal misschien wat voller bebouwd zijn. We hebben er allemaal een heel apart gevoel bij.

Na ons bezoek aan Jalan Palmeriam rijden we richting de wijk waar oom Kobus woont. Onderweg stoppen we bij een bloemenwinkel en kopen er een mooi bloemstuk. Patty heeft wat kleine kadootjes vanuit Nederland meegenomen.

Het is nog een heel gezoek naar de straat waar oom Kobus woont. We zijn al eens eerder bij hem geweest maar in de tussentijd is hij verhuisd naar een ander adres. Uiteindelijk legt onze nicht Anita telefonisch aan Herman uit hoe hij moet rijden. Op de afgesproken tijd komen we op het juiste adres aan. Renee staat klaar om ons te ontvangen. Het is voor sommigen van ons wel even slikken om de verwantschap met pap in oom Kobus te voelen. We missen hem nog steeds. We worden hartelijk begroet door onze oom en nichten Renee, Jasmin en Anita. Tot onze verwondering is tante Lies er ook. Heel speciaal om haar ook te mogen ontmoeten. Ze spreekt vloeiend Nederlands en dat maakt het communiceren erg makkelijk.

Op tafel staat een uitgebreide rijsttafel klaar en we mogen meteen aanvallen. Het smaakt ons enorm goed. We vertellen over onze reis over Sumatra en laten de foto’s die we hebben gemaakt zien op onze laptops. Het is een gezellig weerzien in het mooie nieuwe huis van oom Kobus. Rond 16.00 uur is het weer tijd om te gaan. We bedanken onze lieve familie voor de hartelijke ontvangst en vertrekken.

Onderweg naar het hotel bezoeken we nog twee shoppingmalls. We hebben het al gauw bekeken en besluiten terug te gaan naar het hotel. Vanavond, na het eten, reorganiseren we onze koffers en bekijken we of we ze op gewicht kunnen krijgen.

En dan is onze laatste nacht in Indonesië aangebroken…..

Bogor

Omdat de website er weer een paar dagen uitgelegen heeft kon ik weer geen verslag op het reislog zetten. Jammer, eigenlijk is het een beetje vreemd om jullie nu nog verhalen te laten lezen. Voor degenen die het toch nog leuk vinden om ze te lezen zet ik de laatste verslagen en foto’s er toch nog op.

We zitten vanmorgen allemaal heerlijk uitgeslapen aan het ontbijt. We kijken in het restaurant van het hotel eens om ons heen en zien dat we uit verschillende soorten ontbijt kunnen kiezen. Fruit, luxe broodjes en zoetigheden, Chinese en Indonesische rijsttafelbuffetten. Het Indonesische rijsttafelbuffet vinden Danny en ik er erg goed uitzien. We kiezen van alles wat. Het smaakt ons enorm goed, we genieten ervan niet wetende dat ik later op de ochtend spijt heb dat ik niet gewoon brood of fruit heb gegeten.

Rond 10.00 uur staat Herman voor de deur om ons naar Bogor te vervoeren. Vandaag brengen we een bezoek aan de Botanische tuin en een atelier waar Wajangpoppen worden gemaakt. Bogor is tevens de geboorteplaats van onze vader. Patty is er nog niet eerder geweest en is nieuwsgierig naar de stad. Het is prachtig weer. De zon schijnt en als we in Bogor de auto uitstappen voelen we dat het echt wel wat graadjes warmer is dan dat we de afgelopen weken hebben meegemaakt. We lopen al gauw te puffen en zoeken zoveel mogelijk de schaduw in het park op.

In de Botanische tuin (anno 1817) staan eeuwenoude bomen. Het is een goed onderhouden park waar vooral in de weekenden en vakanties veel mensen hun ontspanning zoeken. Zeg maar een soort Vondelpark maar dan in Indonesië. De immens oude hoge bomen zijn indrukwekkend om te zien.

Er lopen veel scholieren rond die van school uit opdracht hebben gekregen mensen te interviewen. Tja, als toerist ben je dan een gewilde prooi. We worden steeds aangeklampt en ondervraagd en daar horen natuurlijk ook de nodige fotoshoots bij. We wandelen rustig door het park. “Het is warm….. pffff…. toch wel heel erg warm!”, vind ik. Ik begin enorm te transpireren en wordt even later beroerd. Om een lang verhaal kort te maken: Ik word zo beroerd dat ik weinig van het park heb gezien. Alleen de toiletten heb ik van binnen en van buiten bezocht. Of het door de warmte komt of het uitgebreide ontbijt van die ochtend óf een combinatie van beiden, weten we niet. Ik word in ieder geval behoorlijk ziek. Uiteindelijk beland ik op een rustplek achter het toiletgebouw alwaar ik als een uitgeknepen spons ruim een uur lig bij te komen.

Nadat ik weer een beetje ben opknapt keren we terug naar het hotel. Onderweg komen we in noodweer terecht. Tropische regenbuien met heftige bliksem en keiharde donderslagen. We zijn blij als we zonder kleerscheuren het hotel bereiken. Pam kruipt direct in bed en de anderen besluiten om de haven van Jakarta, Sunda Kelapa, te gaan bekijken.

Na afloop bezoeken ze Batavia café. Vroeger was dit gebouw een opslagplaats en warenhuis. In 1992 kreeg het gebouw een grondige renovatie en werd het omgetoverd tot een luxe eetcafé. De eigenaars hebben hun stijl goed gekozen. Alles in dit café ademt de sfeer uit van de laatste periode van de tijd dat Jakarta nog Batavia was. Er hangen enorm veel oude foto’s van beroemde mensen uit vervlogen tijden.

De avondmaaltijd wordt in het hotel genuttigd. Morgen bezoeken we onze familie in Jakarta. We kijken er enorm naar uit.

Jakarta

Op deze prachtig zonnige ochtend vertrekken we naar Jakarta en nemen we afscheid van Cubadak Island. Rond 7.30 uur zitten we klaar voor het ontbijt. Dominique, de eigenares, vraagt iedere ochtend hoe we ons ei bereid willen hebben. Gebakken, gekookt of een omelet, alles is mogelijk. Als even later de andere gasten voor het ontbijt verschijnen, maken wij ons klaar om met de speedboot naar de vaste wal te vertrekken. We kijken met een voldaan gevoel terug op deze heerlijke dagen op dit bountyeiland.

Rond 9.00 uur staan we weer met beide benen op de kade van een haventje in Padang. In de haven liggen veel mooi gekleurde vissersboten. De koffers worden in het busje getild en we nemen afscheid van Dominique, de eigenares van Cubadak Paradiso Village Hotel. We bedanken haar voor de heerlijke dagen die we op Cubadak hebben doorgebracht.

Het is nog best een stuk rijden naar het vliegveld in Padang. Het is weer even wennen om vanuit de rust op het eiland weer in het drukke dagelijkse leven terug te zijn. Onderweg kijken we onze ogen weer uit. Van prachtige landschappen en arme dorpjes tot de enorme verkeersdrukte in Padangstad.

Op de luchthaven checken we ons in. De weegschaal bij de incheckbalie slaat bij iedere koffer apart 2 kilo zwaarder uit. Dat is vreemd want we hebben op Cubadak toch echt niets kunnen kopen waardoor we meer bagage hebben. Het heeft geen zin om er tegenin te gaan dus betalen we gedwee voor het overgewicht.

Jakarta

De vlucht naar Jakarta met Silkair verloopt prima. Na ruim 1,5 uur vliegen landen we op vliegveld Soekarno Hatta in Jakarta. Als we na het ophalen van onze bagage de uitgang naderen zien we Herman Abdullah al wild zwaaiend bij de poort staan. Herman is taxichauffeur en heeft ons tijdens onze reis in 2009 over Java vervoerd. We hebben sindsdien contact via Facebook gehouden en hem gevraagd of hij ons tijdens ons verblijf in Jakarta ten dienst wil staan. We vinden het ontzettend leuk om hem na al die jaren weer te ontmoeten.

De koffers worden in Hermans taxi gestouwd en na een korte rit over de drukke snelwegen van Jakarta met uitzicht op de vele moderne hoge gebouwen en wolkenkrabbers, levert hij ons af bij het Santika Premier Hotel. Een luxe hotel met ruime kamers, heerlijke boxsprings en een zalig warme douche.

Om 18.00 uur haalt Herman ons op en brengt ons naar een moderne Shopping Mall. We eten wat bij Mc Donalds en ieder gaat daarna zijn eigen weg door de enorme mall. We voelen ons er een beetje ontheemd. Het moderne Jakarta wijkt zo enorm af van waar wij vandaan komen. Rond 21.00 uur keren we weer terug naar het hotel. Morgen brengen we een bezoek aan de Botanische tuin in Bogor.

Snorkelen en duiken bij Cubadak

We hebben goed geslapen in de leuke houten hutjes aan het strand. ’s Nachts hoorden we het rustgevende geluid van de branding en vanuit de jungle de geluiden van o.a. krekels. Het bed staat op een soort vide en is bereikbaar via een houten trap. Over het bed heen hangt een enorme klamboe (niet zo’n eentje waar Tjeerd altijd in verstrikt raakt).

’s Morgens nemen we meteen een plons in de zee. Het zeewater is heerlijk. Onze huisjes staan naast elkaar en staan rechtstreeks aan het strand. Erik gaat samen met de eigenaar van het resort een ochtendduik nemen. Na een duikpak en flippers te hebben uitgekozen vertrekken ze met de boot naar een plek waar zeeschildpadden te zien zijn.

Na het ontbijt halen we snorkels en flippers op bij de duikhut en een uur later bevinden we ons in de onderwaterwereld rondom het eiland. We zien heel veel mooie vissen in allerlei kleuren en groottes dwarrelend tussen het koraal. En dan ineens zwemmen we tegen een grote muur van ruitvormige, doorzichtige vissen. Ze bekijken ons van opzij met een verbaasde blik. De muur spat als een olievlek vloeiend uiteen als we dichterbij komen. Onder ons op de zeebodem groeien tussen het koraal pikzwarte zee-egels. Oppassen dus! In de buurt van de poten van een steiger zien we een enorme zwart-geel gestreepte maanvis zwemmen. Het beest is ongeveer 40 cm en zwemt heel rustig voor ons uit. We kunnen hem haast aanraken.

Het duiken en snorkelen bevalt ons allemaal prima. En dat is dan ook waar we onze dagen op Cubadak mee vullen. Erik maakt in totaal drie duiken met de eigenaar van het resort en heeft mooie vissen, koraal en zeeschildpadden gezien. Bij een nachtduik zag hij een zeeschildpad van wel 1.80 cm groot. Het heeft erg veel indruk op hem gemaakt.

’s Middags begint het regelmatig te regenen en dan lezen we een boek of hangen lekker languit op de veranda van het huisje. We genieten van de rust…..

Cubadak

Gisteravond hebben we aan Ucok en Naher gevraagd of we vandaag extra vroeg konden vertrekken zodat we vroeger in de middag zouden aankomen bij onze volgende bestemming. We zouden dan lekker kunnen zwemmen en snorkelen, want dat kan op Cubadak Island. Dit kleine eiland ligt aan de kust van Sumatra. Er is maar Ă©Ă©n resort, dat wordt gerund door een Italiaans/Frans echtpaar. In onze fantasie zien we wuivende palmbomen, witte stranden, heerlijke cocktails Ă©n zon natuurlijk. We snakken ernaar.

Zo gezegd zo gedaan. Na het ontbijt verlaten we Kersik Tuo rond 7 uur. Er is weinig zicht vanwege de mist. Het lijkt wel of we in Nederland rijden. We tuffen dezelfde weg terug als we gekomen zijn en beseffen ineens dat we helemaal naar Kersik Tuo zijn gereden voor het beklimmen van de vulkaan. Als we het hadden geweten dan hadden we de jungletocht op de vulkaan uit het plan geschrapt. In deze tijd van het jaar is het, vanwege het begin van de regentijd, veel te glad doordat de paden door de regen modderig worden. Jammer….. maar we hadden het kanoavontuur over de rivier ook niet willen missen. Niet omdat die zo bijzonder was maar omdat het erg grappig was.

Het begint weer te regenen. Het steeds zo mooie landschap met bergen, sawa’s en theeplantages krijgt ineens een troosteloze uitstraling. We stoppen om een plas te doen bij een “rumah makan” (eethuisje) langs de weg. Altijd fijn om bij zo’n gelegenheid een toilet te bezoeken….. We griezelen en gruwelen ervan. Na een bak “koppie Ginseng” vervolgen we de rit. Qua natuur en uitzicht vervelen we ons niet. We zien van alles voorbij komen. Zoals bijvoorbeeld de scooters die zijn omgebouwd tot halve vrachtwagens. Er wordt van alles hoog opgestapeld op vervoerd. Als in Indonesië de APK keuring zou worden ingevoerd zou het erg rustig worden op de weg. Er rijden echt veel auto’s rond die klaar zijn voor de schroothoop.

Even voor twaalven stuiten we ter hoogte van Padang op een file . Als we hier 10 minuten eerder waren aangekomen hadden we door kunnen rijden. Maar nu moet we 3 uur wachten, want het verkeer dat van de andere kant komt mag de komende 3 uur rijden. Daarna zijn wij weer aan de beurt. Ze zijn bezig de weg van een dikke laag beton te voorzien waardoor één kant van de weg is afgesloten. We balen want we zijn helemaal voor niets vroeg vertrokken. Er zit niets anders op dan te wachten, wachten en nog eens wachten…… Om 15.00 uur begint de boel ineens in beweging te komen.

Uiteindelijk nemen we rond 15.30 uur afscheid van Naher en Ucok. We hebben een leuke tijd met ze gehad. Naher is door zijn hogere leeftijd een zeer ervaren gids. Hij heeft ons veel verteld over Sumatra. Ucok is een zeer ervaren chauffeur en staat altijd klaar. Nu moeten de mannen thuis wachten op een volgende klus. Als die niet komt dan huurt Ucok een betjah en verdient daar zijn geld mee. We geven hen beiden als dank een dikke envelop en gaan verder in een ander busje dat ons naar de haven brengt waar vandaan de speedboot naar Cubadak vertrekt.

De eigenares van het resort wacht ons in de haven op. Een hele schaar kinderen helpt met het sjouwen van de koffers en de tassen naar de boot. Als beloning krijgen ze de voetbalplaatjes van Albert Heijn. Het gezegde “Een kinderhand is gauw gevuld.” is hier nog wel van toepassing. De oudste van de kinderen ontvangt de fooi.

Met de speedboot komen we aan op Cubadak Island. Het ziet er prachtig uit. Wit strand, palmbomen, houten huisjes op palen. Na het inchecken nemen we een duik in de zee. De temperatuur van het zeewater is heerlijk. Dit is een goed rustpunt. We genieten.

Zie video Cubadak Paradiso village resort

Rond 18.00 uur is er een Happy Hour. ’s Avonds rond 19.30 uur wordt de bel geluid, het teken dat de avondmaaltijd klaar staat. We eten gezamenlijk met de zes Canadese gasten en de twee eigenaren aan een lange tafel in het gezellige restaurant. Gezellig. De bediening bestaat uit knulletjes van een jaar of 16. Hier houden we het wel even uit.

Titanic

Zoals afgesproken staan we vanmorgen vroeg op. De zon schijnt dus gaan we kanoën. Het ontbijt bestaat uit een bananenpannenkoek met een kop thee. Danny en Erik hebben slecht geslapen omdat ze allebei een keihard kapokmatras hebben. Nog even doorbijten want we blijven hier nog één nachtje slapen. Als we buiten komen zien we pas waar we gisteravond zijn beland. We hebben prachtig uitzicht over de theeplantages heen naar de vulkaan Kerinci. Een enorme vulkaan die met zijn imposante uitstraling over de aan zijn voeten liggende theeplantages lijkt te heersen.

We vertrekken rond 8.00 uur naar de plek waar de kano’s vandaan vertrekken. We komen terecht bij een recent aangelegd bruggetje dat nog niet is aangesloten op vaste bestrating. Er omheen is het een prutzooitje. Een graafmachine graaft een geul voor een betere wegstroming van het regenwater en ondertussen maakt hij er met zijn grote rupsbanden een nog grotere ravage van. Het halve dorp is uitgelopen om de “happening” te aanschouwen. Vanaf de brug kijken we bedenkelijk naar de kano’s die voorbereid worden. We hadden in vorige vakanties in Indonesië al vaker in uitgeholde boomstammen gevaren, maar dit slaat alles. Onze gids verbindt twee kleine kano’s met planken aan elkaar. Grote spijkers worden met de achterkant van een bijl in de planken gejaagd. Het heeft aardig wat voeten in aarde, maar eenmaal klaar kunnen we één voor één in de kano’s stappen. Maar dat gaat helemaal mis, want als Danny in de kano stapt verandert het bouwwerk in een zinkende Titanic en dat terwijl Erik nog aan de kant staat. Na een hoop “gerendengdeng” besluit de gids dat voor Danny en Erik iets anders verzonnen moet worden en dat Tjeerd, Patty en ik maar alvast moeten vertrekken.

Onze kano vaart tegen de stroom in over de rustig kabbelende rivier door het zonovergoten landschap. Eindelijk kunnen we ons vakantiekleurtje opdoen. Het is de bedoeling dat we door de mangroven varen en van de flora en fauna gaan genieten. In de verste verte is daar niet veel van te zien, maar de rusten het zonnetje geven veel voldoening en ontspanning. Regelmatig kijken we achterom of de anderen al in zicht zijn. Na een tijdje zien we in de verte de gestalte van Danny, rechtop staand in de kano, opdoemen. Ze vertellen later dat voor hun hals over kop twee andere kano’s geregeld moesten worden en dat van her en der planken en spijkers kwamen om de boel aan elkaar te timmeren. We kijken er niet van op.We varen gezamenlijk verder en op het eindpunt, een mini eilandje van riet, stappen we aan wal om te “lunchen”. Voor ons bananenpannenkoeken met chocoladesaus en voor de roeiers de restanten van de maaltijd van gisteravond. Het smaakt ons allen best. Zonde dat het begint te regenen en we besluiten om gekleed in regenponcho’s op de terugreis te gaan. De gids zet in zijn kano evengoed nog een “koppie koppie” (de Indonesiërs spreken de F als P uit) voor ons. Terwijl het zonnetje toch nog af en toe schijnt genieten we er nog van ook. In de stromende regen komen we uiteindelijk weer bij het beginpunt aan.

In de homestay aangekomen krijgen we van de eigenaar om de beurt een grote emmer warm water om ons mee te mandiën. We verlangen allemaal naar een heerlijke warme douche. Morgen op het Bountyeiland Cubadak wordt alles goed gemaakt. Tenminste…… dat hopen we. Met gebruinde (Tjeerd rood…) gezichten zitten en hangen we nog wat rond in de huiskamer en snaaien wat chips en drinken biertjes. Best gezellig. Vanuit de keuken komt een heerlijke geur richting huiskamer. We hebben trek!

De avondmaaltijd is weer voortreffelijk. We genieten vooral van de in de schil gekookte aardappeltjes.

’s Avonds spelen we voor het slapen gaan nog een paar potjes Klaverjassen. Vroeg naar bed, want morgenochtend om 7 uur vertrekken we richting Cubadak.

Hotel California

Hotel California

Na het ontbijt hebben we weer een lange rit voor de boeg. We vertrekken rond 8 uur naar Kersik Tuo. Het is 9 Ă  10 uur rijden. We proberen bij Naher te vissen in wat voor accommodatie we vandaag terecht zullen komen. We weten al dat het een Homestay is met maar Ă©Ă©n ster. Hij doet erg vaag en we vrezen dat onze vermoedens werkelijkheid gaan worden.

Onderweg regent het gestaag maar telkens als we een stop maken is het droog. We maken veel foto’s van prachtige, groene en bergachtige landschappen. Halverwege de route zijn de gebergtes begroeit met theestruiken. De paadjes die tussen de rijen theestruiken lopen geven het geheel een decoratieve uitstraling. We springen over slootjes en via kruip-door-sluip-door paadjes komen we bij de oogstende landarbeiders terecht. De toppen van de takken worden door zelf ontworpen snoei/opvang-emmertjes van de struiken geknipt en over de schouder in de op de rug hangende manden gegooid. Verderop zien we een oogstmachine die het werk van de landarbeiders heeft overgenomen. We schieten weer de nodige foto’s en vervolgen de rit.

De route is lang. We hadden niet verwacht dat we het in Indonesië koud zouden krijgen maar nu vragen we toch echt of Ucok de airco kan uitzetten. Patty trilt als een riet… Ucok laat zijn kunsten als chauffeur weer zien en sjeest over hobbels, bobbels, langs gaten en over haarspeltbochten. We hebben inmiddels veel respect voor hem gekregen. Hij rijdt uren achter elkaar zonder ook maar iets te laten merken van vermoeidheid.

We naderen de eindbestemming en weer vissen we bij Naher waar we terecht gaan komen. Naher speelt “Hotel California” van The Eagles op zijn mobiele telefoon af. Er verschijnt een mysterieuze grijns op zijn gezicht maar hij blijft in alle talen zwijgen. Het zal toch niet…. In het donker komen we aan bij Subandi Guesthouse in Kersik Tuo. Voor Indonesische begrippen een Bed and Breakfast gelegen aan een drukke weg. De accommodatie is zeer, zeer, zeer eenvoudig. Mandibak, geen ventilator, geen handdoeken. Het interieur bestaat uit oude ver gedateerde meubelen. We laten onze slippers keurig buiten staan om de spiegelend, gepoetste vloer niet te bevuilen. Het huis bestaat uit vier (muffe…)slaapkamers met toilet en mandibak. In de vierde kamer logeert een jong Australisch stelletje dat op doorreis is. Naher en Ucok slapen op matrassen naast elkaar op de vloer. We kijken bedenkelijk, maar er is geen andere optie dan het te accepteren en er iets gezelligs van te maken.

De vrouw des huizes heeft lekker voor ons gekookt. Gebakken krieltjes met gebakken kip, omelet en Indonesische spinazie. Na het eten spreken we met de gids het programma voor morgen door. Waarschijnlijk gaan we kanoën maar dat is helemaal afhankelijk van het weer. En als we het al gaan doen dan in de ochtend, want ’s middags tegen 14.00 uur begint het doorgaans te regenen. De jungletocht wijzen we van de hand want hoewel de tocht ons prachtig lijkt, weten we nu al dat het woud door de regen te modderig en glibberig is.

’s Avonds als de anderen aan de keukentafel zitten te klaverjassen schrijf ik dit verhaal terwijl het lijkt alsof motoren(knalpotten!) en auto’s over en dwars door het huis rijden. We moeten af en toe moeite doen om elkaar te verstaan. Van muurisolatie is hier geen enkele sprake. Of we aan onze nachtrust toekomen is nog maar af te wachten.